Gevoeligheid voor anti-parasitaire geneesmiddelen, welke veelgebruikt worden binnen veterinaire klinieken, werd voor het eerst gezien in Schotse herders. In 2001 werd de gevoeligheid toegeschreven aan een deletie van 4bp in het MDR1-gen. Onderzoekers uit verschillende landen onderzochten de allel frequenties van de MDR1 mutatie en benadrukten het klinische belang van deze test, niet alleen voor aangedane rassen met de mutatie maar ook voor kruisingen daarvan en bastaardhonden. In deze studie werden de allel frequenties van de nt230 (del4) MDR1-mutatie in aangedane rassen, hun kruisingen, niet-verwante zuivere rassen en bastaarden onderzocht voor de staat Israël (n = 1416 honden). De Israëlische gegevens werden vervolgens vergeleken met rapporten uit de VS, Europa, het VK, Australië en Japan.
Resultaten
De allel frequenties van de nt230 (del4) MDR1-mutatie van Australische, Zwitserse en Duitse herders (31%, 17% and 2.4%, respectievelijk) komen overeen met vergelijkbare studies wereldwijd, veel hoger voor Border Collies (4.8%), twee keer lager voor Schotse herders (28%, in vergelijking tot 55% of meer in andere landen), en ~1% voor bastaarden.
Er is een DNA test beschikbaar. Voor meer informatie over MDR1 klik hier.